De door de civiele kortgedingrechter aan de Nederlandse Staat opgelegde verboden tot uitlevering van twee opgeëiste personen aan Rwanda voor vervolging wegens genocide, blijven in stand. Dat heeft de Hoge Raad vrijdag beslist.

Het Gerechtshof Den Haag (civiel) heeft in 2023 het vonnis van de voorzieningenrechter vernietigd en de Staat verboden onze cliënt aan Rwanda uit te leveren. Het Hof kwam tot de conclusie dat als onze cliënt aan Rwanda wordt uitgeleverd, er een reëel risico bestaat dat hij wordt blootgesteld aan een flagrante schending van art. 6 EVRM. Het Hof oordeelde in dit geval anders dan in voorgaande uitspraken in uitleveringszaken inzake Rwanda. Het Hof overwoog dat inmiddels meer bekend is geworden over de schending door Rwanda van mensenrechten: de mensenrechtensituatie is er na 2016 niet beter op geworden. Met name zijn er meer aanwijzingen beschikbaar dat politieke opponenten van het regime regelmatig geen eerlijk proces krijgen. Er is volgens het Hof een reëel risico dat als onze cliënt aan Rwanda wordt uitgeleverd hij, als tegenstander van het regime van president Kagame, geen eerlijk proces zal krijgen. Het Hof verbood daarom de Staat tot uitlevering over te gaan. 

De uitspraak van de Hoge Raad vindt u hier. Onze cliënt werd in deze zaak in feitelijke instanties bijgestaan door advocaten Frederieke Dölle en Tom de Boer. In cassatie werd onze cliënt bijgestaan door het team van A.M. van Aerde van NautaDutilh. 

Deel dit bericht via

Heeft u een vraag?

Lees in onze privacy verklaring hoe wij omgaan met uw persoonlijke gegevens.