Woensdag 6 september 2023 doet het Gerecht van de Europese Unie uitspraak in de rechtszaak tegen Frontex die door een Syrisch gezin is aangespannen. Het gaat om een unieke zaak: het is de eerste keer dat het Europese grens- en kustwachtagentschap zich in een schadevergoedingszaak moet verantwoorden voor de Europese rechter voor hun betrokkenheid bij het illegaal uitzetten van mensen en het schenden van hun fundamentele rechten. De rechtszaak wordt gevoerd door de advocaten van Prakken d’Oliveira en ondersteund door Vluchtelingenwerk Nederland. Ook BKB, Sea-Watch Legal Aid Fund en Jungle Minds steunen de zaak.
Pushback van een Syrisch gezin
Het EU-agentschap is eind 2021 door het Syrische gezin voor de rechter gedaagd. Het gezin, dat inmiddels in Noord-Irak woont, houdt Frontex verantwoordelijk voor de mensenrechtenschendingen en illegale pushback waarvan zij slachtoffer werden en eist een schadevergoeding. In oktober 2016 kwam het gezin in Griekenland aan, waar hun asielverzoek werd geregistreerd. Maar elf dagen later werd het gezin door Frontex en de Griekse autoriteiten op een vliegtuig naar Turkije gezet, zonder dat zij asiel konden aanvragen of er een uitzettingsbesluit lag. Tijdens de vlucht werden de ouders van hun vier jonge kinderen in aanwezigheid van Frontex-medewerkers gescheiden. Ook mochten ze tijdens de vlucht met niemand praten. In Turkije werd het gezin direct gevangengezet. Na vrijlating had de familie geen toegang tot basisvoorzieningen, zoals een dak boven hun hoofd, water en sanitaire voorzieningen. Het lukte hen niet het hoofd boven water te houden en waarop zij naar Noord Irak vluchtten.
Niemand staat boven de wet, ook Frontex niet
Lisa-Marie Komp staat samen met Marieke van Eik en Flip Schüller namens Prakken D'Oliveira Human Rights Lawyers het Syrische gezin bij: “We stellen Frontex aansprakelijk omdat zij als uitvoeringsinstantie verplicht zijn toe te zien op de naleving van mensenrechten tijdens missies waarmee ze lidstaten ondersteunen. Dat hebben ze in dit geval nagelaten, waardoor fundamentele rechten van het Syrische gezin zijn geschonden. Je mag niet zomaar mensen naar een ander land uitzetten. Voordat iemand uitgezet mag worden, dient beoordeeld te worden of zij asielbescherming nodig hebben en dat is hier niet gebeurd. Frontex, en de EU, dienen hun verantwoordelijkheid te nemen. Met deze zaak willen we duidelijk maken dat niemand, dus ook niet Frontex, boven de wet staat.”
Grondrechten geschonden
Met de uitzetting werd het gezin slachtoffer van een zogenaamde pushback, waarbij mensen zonder voorafgaande procedure naar een ander land worden uitgezet. Daarmee is hen het recht om asiel aan te vragen ontzegd. Ook heeft Frontex hiermee het verbod op non-refoulement geschonden, waarbij het verboden is om asielzoekers of vluchtelingen terug te sturen naar een land waar zij vervolging vrezen of het risico lopen op een onmenselijke behandeling. Beide zijn grondrechten van de Europese Unie en dus bindend, zoals ook in het EU-Handvest van de grondrechten is vastgelegd. Door kinderen tijdens de vlucht van hun ouders te scheiden, schond Frontex ook de rechten van het kind.
Ondermijning van waarden waarop de EU is gebouwd
VluchtelingenWerk dacht vanaf het begin mee over de argumentatie en hoopt op een historische uitspraak die Frontex moet dwingen zich te houden aan de naleving van mensenrechten. Frank Candel, bestuursvoorzitter: “Het is de eerste keer dat Frontex in een schadevergoedingsactie aansprakelijk wordt gesteld voor een pushback. Deze zaak gaat over meer dan alleen dit Syrische gezin. Veel mensen zijn de afgelopen jaren slachtoffer geworden van een illegale uitzetting. Met deze zaak willen we dat er een einde komt aan het schenden van mensenrechten en onderdrukking aan onze buitengrenzen. Het schenden van grondrechten van de Europese Unie door een EU-agentschap is een ernstige ondermijning van de waarden waarop de Unie is gebaseerd.”
Eerdere berichten