De NGO Sea-Watch is in een kort-geding procedure opgekomen tegen een regeling van de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Die had de regeling op 2 april 2019 met onmiddellijke ingang uitgevaardigd. Als gevolg van de regeling mocht Sea-Watch niet meer uitvaren met haar schip, de Sea-Watch 3. Sea-Watch gebruikt haar schip om de situatie van migranten op de Middellandse Zee te monitoren en om migranten in nood te redden.

In eerste aanleg heeft de rechter reeds bepaald dat de regeling in strijd met het rechtszekerheidsbeginsel is, omdat de inhoud van de regeling onvoldoende duidelijk is. In hoger beroep heeft Sea-Watch gevorderd dat haar – nadat de regeling zou zijn verduidelijkt – een overgangstermijn gegund zou worden om het schip aan de nieuwe eisen te kunnen aanpassen. Vandaag heeft het Hof Den Haag de vordering van Sea-Watch toegewezen en de Staat verboden de regeling tot 31 december 2019 op Sea-Watch toe te passen.

De Staat stelde zich in de procedure op het standpunt dat veiligheidsbelangen de reden waren om de regeling zonder een overgangstermijn uit te vaardigen. In zijn arrest zegt het Hof hierover:

“In ieder geval is het zo dat uit de ten tijde tan de totstandkoming van de Regeling nog steeds geldig te achten opvatting van de Staat blijkt, dat in zijn visie de overgangstermijn-belangen van Sea-Watch zwaarder wegen dan het veiligheidsbelang dat de Regeling beoogt te dienen. Er is gelet hierop alle aanleiding om de betekenis van het door de Staat  met de onmiddellijke werking van de Regeling nagestreefde veiligheidsbelang te relativeren: de toepassing van de in overweging 1.b beschreven beleidswijziging op schepen als de SW3 is niet zo urgent als de Staat na januari 2019 heeft doen voorkomen. Nu de overgangstermijn-belangen van Sea-Watch (mede) inhouden dat drenkelingen kunnen worden gered (zie overweging. 4.5), zijn naar het oordeel van het hof de nadelige gevolgen van het weglaten van een overgangstermijn in de Regeling onevenredig in verhouding tot het daarmee te dienen doel, waarvan, naar zo-even is vastgesteld, de betekenis moet worden gerelativeerd.”

Het Hof achtte de regeling aldus in strijd met het evenredigheidsbeginsel en het materiele zorgvuldigheidsbeginsel, en daarom onrechtmatig.

Sea-Watch werd in deze procedure bijgestaan door Lisa-Marie Komp.

Voor nieuwsberichten over deze uitspraak zie:

 

Eerdere berichten

H0gYR08w

Deel dit bericht via

Heeft u een vraag?

Lees in onze privacy verklaring hoe wij omgaan met uw persoonlijke gegevens.